Minder stijging in huur sociale woningbouw

In dat huurakkoord staat dat de prijzen voor sociaal wonen niet verder mogen stijgen dan de gemiddelde consumentenprijzen. Dat staat pas vanaf volgend jaar in de wet, maar volgens Aedes wordt dit jaar al zo gehandeld. In 2018 lag de huurstijging nog iets boven inflatie, de jaren ervoor een stuk hoger. Sommige corporaties lieten de huren tot wel 4 tot 6 procent stijgen.

Dat had alles te maken met de verhuurderheffing die werd ingevoerd. Die kost de corporaties inmiddels 2 miljard euro per jaar. Vorig jaar kwam daar een andere belasting bovenop. Corporaties kunnen de rente van investeringen niet meer aftrekken. Dat kost ze nog eens 500 miljoen euro per jaar. Dit betekent dat corporaties stoppen met het doorschuiven van de extra belastingen naar hun huurders.

Woonlasten en verhuurdersheffing

Dat heeft twee redenen. Huurders waren een steeds groter deel van hun salaris kwijt aan woonlasten en de instanties willen dat bewoners betaalbaar moeten kunnen blijven wonen, om ook hun andere uitgaven nog te kunnen bekostigen. Daarnaast wordt het kabinet onder druk gezet met deze maatregel om de verhuurderheffing af te schaffen. Van corporaties wordt gevraagd veel nieuwbouw te plegen en huizen te verduurzamen. Als de belastingdruk te hoog wordt, kunnen we te weinig nieuwe huizen bouwen. Vanwege de woningnood is dat wel hard nodig.

Overigens stijgt de huursom (alle huren bij elkaar opgeteld) vanaf 1 juli met 2 procent. Dat komt onder meer doordat nieuwe bewoners op een huurverhoging kunnen rekenen. Bij 18 procent van corporaties stijgt de huur gemiddeld met iets meer dan de inflatie, bij 40 procent met minder dan inflatie. De gemiddelde huur van een corporatiewoning was eind vorig jaar 538 euro per maand. Corporaties mogen de huren meer verhogen bij huurders met wat hogere inkomens (boven 42.436 euro). Vier van de tien corporaties maakt daar gebruik van.

Bron: AD